Bel +31 (0)85 040 11 20 of mail info@mnadviseurs.nl
Bij een echtscheiding is de eigen woning en daarop drukkende hypotheek altijd een belangrijk fiscaal aandachtspunt. Het is namelijk zo dat de aftrek van hypotheekrente niet altijd volledig intact blijft. Wat besliste de Hoge Raad onlangs?
Na een echtscheiding blijft veelal een van de partners in de voormalige echtelijke woning wonen. Al is het maar tijdelijk totdat de woning is verkocht of langdurig met de bedoeling om op termijn de ex-partner uit te kopen. In deze situaties is het altijd even opletten met de hypotheekrente. Voor de aftrek van hypotheekrente is het noodzakelijk dat een belastingplichtige (deels) eigenaar van de woning is en de hypotheekrente ook daadwerkelijk betaalt. De aftrek wordt vervolgens naar rato toegestaan.
In de procedure voor de Hoge Raad (ECLI:NL:HR:2022:765) gaat het om een echtpaar dat buiten iedere gemeenschap van goederen gehuwd is. De echtelijke woning is eigendom van de vrouw. Op 1 december 2013 vertrekt de man en schrijft zich uit op dit adres.
De vrouw blijft in de woning wonen. De man betaalt echter de volledige hypotheekrente en trekt deze af in zijn aangifte inkomstenbelasting 2013.
De voormalige echtelieden kiezen er in 2013 voor om niet het hele jaar als fiscaal partners te worden aangemerkt (voljaarspartnerschap). Als gevolg daarvan corrigeert de Belastingdienst de aftrek van de hypotheekrente. De rente vanaf 1 december 2013 wordt niet in aftrek toegelaten, omdat de man deze weliswaar betaalt, maar geen eigenaar van de woning is.
De man is het hiermee niet eens en stapt naar de rechter. Naar zijn mening heeft hij nog twee jaar lang recht op aftrek van hypotheekrente op basis van de zogenaamde ‘tweejaarsregeling’. Deze bepaling houdt kort gezegd in dat voormalige echtelieden nog twee jaar lang recht hebben op aftrek van hypotheekrente na hun vertrek uit de echtelijke woning. Hierbij wordt niet uitdrukkelijk de eis gesteld dat men eigenaar van de woning moet zijn.
De rechter gaat echter niet mee in deze redenering. De Hoge Raad oordeelt dat het noodzakelijk is om enig eigendom van de woning te hebben om aanspraak te kunnen maken op de tweejaarsregeling. Dit volgt impliciet uit de eigenwoningregeling en hoeft zodoende niet uitdrukkelijk in deze bepaling te worden opgenomen.
In het echtscheidingsconvenant kan de bepaling worden opgenomen dat het overschot aan hypotheekrente dat wordt betaald door de ene partner, moet worden aangemerkt als partneralimentatie voor de andere partner.
In deze zaak zou dit betekenen dat de man geen hypotheekrente mag aftrekken, maar dat hij wel zijn bijdrage als partneralimentatie in mindering mag brengen op zijn inkomen. Hiervoor moet dan dus een uitdrukkelijke bepaling worden opgenomen in het echtscheidingsconvenant. Nadeel is uiteraard dat deze partneralimentatie bij de ander wel wordt belast. Als deze ex-partner echter minder of weinig inkomsten heeft, vallen de fiscale gevolgen wellicht mee
Meer weten over MN adviseurs & accountants of hulp nodig? Neem gerust contact met ons op onder T: 0031 85 0401120 of E: info@mnadviseurs.nl
* Wij streven ernaar om middels de nieuwsberichten op deze website correcte en actuele informatie te verschaffen, maar kunnen niet garanderen dat die informatie na verloop van tijd nog steeds juist, volledig en actueel is. Wij aanvaarden dan ook geen aansprakelijkheid voor de gevolgen van handelen of nalaten op grond van de inhoud van de nieuwsberichten