Bel +31 (0)85 040 11 20 of mail info@mnadviseurs.nl
De echtgenoot die uit zijn privévermogen een gemeenschappelijk goed (deels) heeft gefinancierd, heeft recht op vergoeding van zijn inleg en deelt naar rato in de waardestijging van het gemeenschappelijke goed. Wat kunnen de gevolgen zijn?
In 2012 is artikel 1:87 van het Burgerlijk Wetboek in werking getreden. Volgens dit artikel heeft de echtgenoot (of geregistreerde partner) die uit zijn privévermogen de aanschaf van een gemeenschappelijk goed (deels) heeft gefinancierd, recht op een vergoeding van de inleg en deelt hij naar rato van de (extra) inleg mee in de waardestijging van het gemeenschappelijke goed.
Deze regeling staat ook wel bekend als de beleggingsleer. Het is van belang om rekening te houden met deze regeling, omdat deze kan leiden tot onverwachte of onbedoelde consequenties. Echtgenoten die samen een huis kopen en ieder voor de helft eigenaar worden, zullen immers vaak in de veronderstelling verkeren dat zij ieder recht hebben op de helft van de waarde.
Onlangs moest Rechtbank Noord-Holland (ECLI:NL:RBNHO:2022:3203) een beslissing nemen in een geschil tussen de (ex-)echtgenoten Mark en Vera over de gevolgen van een schenking aan Mark, kort voor een verzoek tot ontbinding van hun geregistreerd partnerschap.
Het geregistreerd partnerschap van Mark en Vera is in 2020 door de rechtbank ontbonden. Tot de ontbonden gemeenschap van goederen behoorde onder meer de woning die Mark en Vera in 2011 hadden aangeschaft. Een deel van de koopprijs was gefinancierd met een gezamenlijke lening van € 72.000 bij de ouders van Mark. De ouders schelden deze lening kwijt (schenking) met toepassing van de uitsluitingsclausule.
Mark stelt dat door de kwijtschelding (met terugwerkende kracht!) een privé-inleg ontstaat waarvoor hij een vergoedingsrecht verkrijgt op de gemeenschap waarop tevens de beleggingsleer van toepassing is. Volgens Mark is het moment van kwijtschelding niet relevant voor het bepalen van de omvang van het vergoedingsrecht en de toepassing van de beleggingsleer op het ingelegde privévermogen.
Vera kan zich daar niet in vinden. Volgens haar zijn zij de geldlening gezamenlijk aangegaan, zodat de kwijtschelding tevens ziet op het gedeelte van haar schuld. Bovendien konden Mark en Vera deze schenking grotendeels belastingvrij ontvangen, omdat Vera toen nog geen 40 jaar was. Hiermee is volgens Vera de uitsluitingsclausule buitenspel gezet.
Naar het oordeel van de rechtbank doet het feit dat de schenking is gedaan in de vorm van een kwijtschelding van de gezamenlijke eigenwoningschuld niet af aan de werking van de uitsluitingsclausule. Het privévermogen dat hierdoor als een duveltje uit een doosje ontstaat en de daarop toe te passen beleggingsleer pakt voor Vera erg onredelijk uit. Tijdsevenredige toepassing van de beleggingsleer zou aanzienlijk redelijker uitpakken, maar de wetgever heeft anders bepaald
Meer weten over MN adviseurs & accountants of hulp nodig? Neem gerust contact met ons op onder T: 0031 85 0401120 of E: info@mnadviseurs.nl
* Wij streven ernaar om middels de nieuwsberichten op deze website correcte en actuele informatie te verschaffen, maar kunnen niet garanderen dat die informatie na verloop van tijd nog steeds juist, volledig en actueel is. Wij aanvaarden dan ook geen aansprakelijkheid voor de gevolgen van handelen of nalaten op grond van de inhoud van de nieuwsberichten